[openstandaarden] Voorstel 2: antwoord aan Uitpers
Tijl Vercaemer
Skender at VrijZijn.be
Fri Aug 29 00:19:48 CEST 2003
------------------------------------------------------------------------
Voorstel 2.1
Aantal ondertelenaars aangepast, en wat kleinere
wijzigingen in de formulering
------------------------------------------------------------------------
Beste,
Aangezien de stemming naar alle waarschijnlijkheid nog in september zal
plaatsvinden, hadden we graag nog een artikeltje gezien in het september
nummer. U kunt onderstaande tekst al dan niet gewijzigd overnemen, of hem
gebruiken als informatiebron.
vriendelijke groeten,
Tijl Vercaemer
OpenStandaarden.be
Het zwaard van Damocles boven de Europese soft-KMO's
De ontwikkeling van nieuwe producten is vaak een dure en tijdrovende
aangelegenheid. Bedrijven willen hier dan ook niet in investeren als ze niet
de zekerheid hebben dat dat nieuwe product hen uiteindelijk ook iets zal
opbrengen. Om deze zekerheid te bieden worden er patenten toegekend: de
uitvinder krijgt het alleenrecht om zijn uitvinding voor een beperkte periode
te verkopen. Dat alleenrecht is een soort noodzakelijk kwaad: vaak komt het
product maar echt op punt te staan eens die periode voorbij is en de
concurrentie ten volle speelt. Doch: zonder patenten was het product
misschien nooit ontwikkeld geweest. Patenten zijn dus nodig om de innovatie
aan te zwengelen.
Bij software ligt dit anders: er zijn geen grote investeringskosten nodig om
software te ontwikkelen, een gewone PC is voldoende. Bovendien is software
altijd een combinatie van kleine, triviale stukjes code. Het geheel kan een
goed, vernieuwend programma zijn, maar die stukjes code zijn niets meer is dan
de vertaling van een wiskundig principe, in een taal die de computer
begrijpt. Op wiskunde kun je geen patent nemen, dus waarom zou dat wel kunnen
op software?
Trouwens, software kun je bij wijze van spreken niet uit elkaar vijzen en
namaken. Als je geen inzage hebt in de broncode is het vrijwel onmogelijk om
uit te vissen hoe alles precies werkt. Deze geheimhouding biedt samen met
het auteursrecht voldoende garanties voor een programmeur opdat niemand met
zijn werk kan gaan lopen. Volgens het auteursrecht ben je trouwens
automatisch eigenaar van je werk, een (dure) registratieprocedure, zoals bij
patenten, is niet nodig.
Toch buigt het Europees parlement zich momenteel over een voorstel van Arlene
McCarthy. Dit voorstel wil ook patenten op software mogelijk maken. In
zekere zin is dat een legalisering van de huidige situatie: het Europees
patentenbureau heeft al zo'n 30 000 illegale software patenten toegekend.
Heel wat van die patenten kun je bezwaarlijk innovatief noemen. Enkele
voorbeelden: EP0689133 heeft betrekking op menu's met tabs, EP394160 gaat
over de progress bar en zowat elke vorm van verkoop via het internet vormt
een inbreuk op EP803105. Veel van die patenten zijn bovendien in handen van
bedrijfjes die helemaal geen software maken. De enige activiteit van die
bedrijven is patenten schrijven op triviale zaken, om snel geld te verdienen.
Omdat de bewijskracht bij de verdediging ligt, is het vaak goedkoper aan zo'n
patent-piraat toe te geven, dan het patent aan te vechten.
Niet alleen jezelf verdedigen, ook zelf patenten aanvragen is een zeer dure
aangelegenheid. Een KMO kan dan ook niet op tegen een bedrijf als IBM dat
tienduizenden patenten heeft. Dit maakt meteen ook de enkele patenten die die
KMO eventueel heeft waardeloos: Omdat vrijwel alle software patenten triviaal
zijn heeft IBM zo goed als zeker een patent waar die KMO een inbreuk op
pleegt. IBM kan zo makkelijk een cross-license overeenkomst afdwingen: de KMO
mag IBM's technologie gebruiken en omgekeerd. Patenten worden dus een soort
verdedigingswapen dat je moet hebben om te kunnen programeren.
Programmeurs die als hobby software schrijven hebben echter niet de financiële
mogelijkheden om patenten aan te vragen, of om zich voor een rechtbank te
verdedigen. Zij hebben geen andere keuze dan hun werkzaamheden te staken als
ze in de buurt van een patent komen. En ja, ook deze hobbyisten hebben een
invloed op de economie. Vrije software zoals de Apache server (de
marktleider: meer dan 60% van de webservers draaien Apache) of het Linux
besturingssysteem worden voornamelijk door dergelijke vrijwilligers
ontwikkeld.
Laten we ook niet uit het oog verliezen dat met software patenten ook patenten
op communicatie standaarden mogelijk worden. Ook dit is een probleem. Een
voorbeeld: Microsoft domineert duidelijk de office markt. Het MS Word
formaat is dan ook het meest gebruikte formaat om teksten uit te wisselen.
Indien Microsoft op dit formaat een patent neemt mag niemand anders
programma's schrijven die met het MS Word formaat overweg kunnen. Dat nu net
dit formaat de de facto standaard is voor het uitwisselen van teksten maakt
het eventuele concurrenten zoals OpenOffice.org of Word Perfect ontzetten
moeilijk omdat hun klanten geen documenten meer kunnen uitwisselen met MS
Word gebruikers. Software patenten zouden in dit geval concurrentie zo goed
als onmogelijk maken.
Tot zover de nadelen en misbruiken, maar hoe zit dat nu met die innovatie?
Slecht, zo wijzen studies uit. Patenten hebben geen positief effect op het
innoverend vermogen van bedrijven, er is zelfs een negatief effect op de
economie. ( http://www.researchoninnovation.org/swpat.pdf ) Software
patenten zijn dus duidelijk geen goede zaak. Zeker als je weet dat het
grootste deel van de huidige Europese software patenten in handen zijn van
Amerikaanse en Japanse firma's. Meer dan 185 000 mensen ondertekenden dan ook
de petitie van Eurolinux, tegen dit Europees voorstel. Doch, er is een
machtige lobby van advocaten en andere belanghebbenden aan het werk. Zij
ruiken geld, en stellen alles in het werk om McCarthy's voorstel door het
parlement te loodsen. Laten we hopen dat dit zwaard van Damocles niet op de
hoofden van de Europese software ontwikkelaars terecht komt.
More information about the Openstandaarden
mailing list